Op vrijdag 27 juni heeft de raad van bestuur van NMBS de keuze voor de Spaanse treinbouwer CAF als voorkeursbieder voor het miljardencontract om het Belgische treinmaterieel te vernieuwen niet goedgekeurd. De beslissing is uitgesteld tot een vergadering in juli.

"Een eerste overwinning," verklaart Farah Jacquet, federaal PVDA-volksvertegenwoordiger en spoorarbeidster, die de bevoegde minister  hierover al vier keer ondervroeg.

"Onder syndicale en politieke druk komt er beweging. Terwijl de raad van bestuur, samengesteld uit de belangrijkste traditionele partijen, in maart nog unaniem stemde vóór CAF, en de NMBS-directie aandringt op die keuze, zijn ze er vandaag niet in geslaagd een akkoord te bereiken. Dat dit wordt uitgesteld, bewijst dat we het tij kunnen keren."

"Voor de PVDA moet dit contract ten goede komen aan onze productie en lokale werkgelegenheid. Zoals de vakbonden al waarschuwden, zou het afwijzen van Alstom het doodvonnis betekenen voor de productievestigingen in Brugge en het verlies van minstens 600 banen, om nog maar te zwijgen van de gevolgen voor de toeleveranciers. Het zou opnieuw een zware klap zijn voor de industrie in de regio," vervolgt Natalie Eggermont, federaal PVDA-volksvertegenwoordiger voor West-Vlaanderen.

De keuze voor CAF is des te onbegrijpelijker omdat dit bedrijf betrokken is bij de Israëlische kolonisatie, door haar actieve rol in de uitbreiding van de tramlijn van West-Jeruzalem naar de bezette Palestijnse gebieden. "Dat is een schending van het internationaal recht, een directe medeplichtigheid aan het koloniale en genocidale beleid van de Israëlische regering."

"Wij blijven druk uitoefenen op de regering en de partijen die in de raad van bestuur van de NMBS zetelen, zodat de uiteindelijke beslissing in het belang is van de werkneemsters en werknemers."